Volgens Mobiliteit in Cijfers Auto’s telde ons land op 1 januari dit jaar 9,2 miljoen personenauto’s en 1,3 miljoen bedrijfswagens. De gemiddelde aanschafprijs van een nieuwe personenauto bedroeg 45.993 euro in 2023 (+7%). Dat is 20 procent meer dan in 2020 toen een koper gemiddeld 38.373 euro voor een nieuw exemplaar neertelde. Vooral het prijskaartje van een volledig elektrische auto (52.919 euro) trok het gemiddelde omhoog.
Aandeel EV’s en hybride overtreft brandstofauto
Een opvallende ontwikkeling in 2022 was de verschuiving van de Nederlandse markt naar elektrische en hybride voertuigen. Voor het eerst overtrof het gezamenlijke marktaandeel van volledig elektrische auto’s en (plug-in) hybrides dat van traditionele brandstofauto's. Van de 312.074 registraties nieuwe personenauto’s, is 59,5 procent elektrisch of hybride. Van dit volume waren 73.249 exemplaren (+15%) volledig elektrisch en 112.394 voertuigen (+10%) voorzien van een hybride of plug-in hybride aandrijving. Het aandeel van benzine-, diesel-, en LPG-auto’s in de verkopen bedroeg respectievelijk 38,3 procent, 1,49 procent en 0,73 procent.
Betaalbaarheid onder druk
Bij prijsontwikkeling voor auto’s speelt, behalve de reguliere prijsaanpassingen (inflatie) met name het Nederlandse belastingregime een cruciale rol. Een consument betaalt bij de aanschaf van een benzine- of hybride auto gemiddeld 27 procent aan BPM en BTW. Bij een nieuwe dieselauto betreft zelfs een derde van de aankoopprijs BPM en BTW (33%). Dat de betaalbaarheid van autorijden, mede door de hoge belastingen (BPM, BTW en accijnzen), steeds meer onder druk komt te staan blijkt eveneens uit de opbouw van de brandstofprijzen. Voor 1 liter Euro 95 droeg een automobilist medio dit jaar 52,4 procent af aan de staatskas in de vorm van accijns, heffingen en BTW. Het overheidsaandeel in de pompprijs van een liter diesel bedraagt 43,4 procent.
Verkeersinkomsten overtreffen uitgaven
Een interessant gegeven is de discrepantie die er bestaat tussen de rijksinkomsten aan verkeersbelastingen en de rijksuitgaven voor verkeersvoorzieningen. In Mobiliteit in Cijfers Auto’s valt te lezen dat het rijk in 2022 een factor drie meer aan verkeersbelastingen inde, namelijk 19,2 miljard euro, dan uitgaf aan verkeersvoorzieningen (6,6 miljard euro). Bij de verkeersbelastingen gaat het onder andere om BPM, brandstofaccijnzen, motorrijtuigenbelasting en BTW op nieuwe en gebruikte auto’s, brandstoffen en reparatie en onderhoud. De uitgaven op verkeersvoorzieningen betreffen met name investeringen in het hoofdwegennet (3,39 miljard euro), het spoor (2,7 miljard euro) en zogeheten mega-projecten (0,48 mrd euro).
Naslagwerk mobiliteitssector
Mobiliteit in Cijfers Auto’s vormt het complete naslagwerk van RAI Vereniging en BOVAG ten behoeve van de mobiliteitssector. Deze jaarlijkse uitgave verschaft inzicht in de actuele status en de historische ontwikkelingen van (auto)mobiliteit, infrastructuur en daaraan gerelateerde fiscaliteit en milieuzaken in Nederland en Europa. Verder geeft Mobiliteit in Cijfers Auto’s uitvoerige informatie over het bezit en gebruik van personen- en bedrijfsauto’s, registraties, onderhoud en de ontwikkeling van files en de economische betekenis van mobiliteit.
Bekijk hier het rapport.