Een e-bike vergt meer onderhoud dan een reguliere fiets. Dat komt vooral doordat het een technisch vele malen gecompliceerder product is dan de normale tweewieler. Denk daarbij aan accu’s en computerchips die slecht kunnen gaan functioneren of misschien wel vervangen moeten worden.
In totaal zijn er nu bijna 5 miljoen e-bikes in Nederland, die goed zijn voor een marktwaarde van 9,5 miljard euro. Driekwart hiervan is een stadsfiets.
Het jaarlijkse onderhoudsbedrag voor elektrische stadsfietsen en speed pedelecs is gemiddeld 41 euro. Hiermee komt de totale jaarlijkse waarde van het onderhoud van deze categorie op 156 miljoen euro. Onderhoud aan mountainbikes en hybride-fietsen kost gemiddeld 44 euro per fiets, goed voor een jaartotaal van 34 miljoen.
Het onderhoud aan elektrische vouwfietsen, bakfietsen en driewielers is het duurst met een gemiddeld bedrag van 54 euro, jaarlijks goed voor 12 miljoen euro.
Verschillen tussen grote merken
Het jaarlijkse onderhoudsbedrag voor elektrische stadsfietsen van het merk Giant is met een gemiddelde van 30 euro het laagst. Hierna volgen Batavus (35 euro), Gazelle (38 euro), Stella (46 euro) en Sparta (56 euro).
Fietsenwinkel
Twee derde van de e-bikebezitters gaan voor het onderhoud aan e-bikes naar de lokale fietsenwinkel. Slechts 14 procent gaat direct naar de fabrikant en maar 8 procent doet het zelf. Eén procent laat het door een andere particulier uitvoeren, en 7 procent vindt onderhoud niet nodig.
De verkoop van e-bikes in Nederland groeit nog altijd snel. Vorig jaar was 52 procent van de nieuw verkochte fietsen een e-bike. De merken Gazelle, Sparta en Stella hebben de grootste marktaandelen op de Nederlandse e-bike-markt.
Sinds de stijgende brandstofprijzen door de oorlog in Oekraïne worden er nog meer elektrische fietsen verkocht.