Toelichting voertuig­categorieën M, N en O

Categorie M

Voor het vervoer van personen ontworpen en gebouwde motor­voertuig­en met tenminste vier wielen:

  • M1: voertuig­en van categorie M met maximaal acht zitplaatsen, die van de bestuurder niet meegerekend.
    - Voertuig­en van categorie M1 mogen geen ruimte voor staande passagiers hebben.
    - Het aantal zitplaatsen mag beperkt zijn tot één (de bestuurders zitplaats).
  • M2: voertuig­en van categorie M met meer dan acht zitplaatsen, die van de bestuurder niet meegerekend, en een maximummassa van ten hoogste 5 ton.
    - Voertuig­en van categorie M2 mogen naast zitplaatsen ook ruimte voor staande passagiers hebben.
  • M3: voertuig­en van categorie M met meer dan acht zitplaatsen, die van de bestuurder niet meegerekend, en een maximummassa van meer dan 5 ton.
    - Voertuig­en van categorie M3 mogen ruimte voor staande passagiers hebben.

Categorie N

Voor het vervoer van goederen ontworpen en gebouwde motor­voertuig­en met tenminste vier wielen:

  • N1: voor het vervoer van goederen ontworpen en gebouwde voertuig­en met een maximummassa van ten hoogste 3,5 ton.
  • N2: voor het vervoer van goederen ontworpen en gebouwde voertuig­en met een maximummassa van meer dan 3,5 ton, maar niet meer dan 12 ton.
  • N3: voor het vervoer van goederen ontworpen en gebouwde voertuig­en met een maximummassa van meer dan 12 ton.

In het geval van een trekker bestemd voor koppeling aan een oplegger of middenasaanhang­wagen is de voor de indeling van het voertuig geldende massa, de massa van de trekker in rijklare toestand vermeerderd met de massa die overeenkomt met de maximale statische verticale belasting die op de trekker wordt overgebracht door de oplegger of de middenasaanhang­wagen en, indien van toepassing, met de maximummassa van de eigen belasting van de trekker.

Categorie O

Aanhang­wagens (inclusief opleggers):

  • O1: aanhang­wagens en opleggers met een maximummassa van ten hoogste 0,75 ton.
  • O2: aanhang­wagens en opleggers met een maximummassa van meer dan 0,75 ton, maar niet meer dan 3,5 ton.
  • O3: aanhang­wagens en opleggers met een maximummassa van meer dan 3,5 ton, maar niet meer dan 10 ton.
  • O4: aanhang­wagens en opleggers met een maximummassa van meer dan 10 ton.

In het geval van een oplegger of middenasaanhang­wagen is de voor de indeling van de aanhang­wagen of oplegger geldende maximummassa de statische verticale belasting die naar de grond wordt overgebracht door de as of assen van de oplegger of middenasaanhang­wagen, wanneer die aan de trekker gekoppeld is en de maximumlast draagt.

Bron: 2018/858.